Tommy Wieringa werd op 20 mei 1967 geboren in het Overijsselse stadje Goor. Hij schreef drie romans alvorens hij in 2005 bij het grote publiek doorbrak met Joe Speedboot (F. Bordewijkprijs, 2006). Zijn reisverhalen werden gebundeld in Ik was nooit in Isfahaan (2006). Essays en beschouwingen verschenen in onder meer de Volkskrant, Vrij Nederland en NRC Handelsblad. Verder had Wieringa een vaste column in De Pers en in Hollands Diep.
Zijn werk is wereldwijd vertaald, onder meer in het Hebreeuws, Koreaans, Frans, Duits en Engels. Caesarion (2009) kwam op de shortlist van de prestigieuze International IMPAC Dublin Literary Award 2013 en werd in de buitenlandse pers geprezen.
In 2012 verscheen zijn roman Dit zijn de namen, die werd bekroond met de Libris Literatuurprijs en de publieksprijs van de Gouden Boekenuil 2013. Tommy Wieringa schreef voor de Boekenweek 2014 het Boekenweekgeschenk, getiteld Een mooie jonge vrouw.
Tommy schreef het Boekenweekgeschenk voor 2014, getiteld Een mooie jonge vrouw, waarover The Guardian noteerde: 'Je beseft dat je met een waarlijk groot schrijver te maken hebt als je gaandeweg bij geen enkel woord meer vraagtekens zet.'
In 2015 verscheen zijn bundel reisverhalen Honorair Kozak, in 2016 gevolgd door een keuze uit Wieringa's Europese reisverhalen Vrouwen van de wereld.
In De dood van Murat Idrissi (2017) vertelt Tommy opnieuw een migrantengeschiedenis.
De heilige Rita (2017) verhaalt over een vader en een zoon en over de nieuwe tijd in een traditioneel grensdorp. Het werd bekroond met met de Bookspot Lezers- en Literatuurprijs, de publieksprijs Gouden Boekenuil en de Inktaap.
Totdat het voorbij is (2019) biedt een keuze uit de mooiste verhalen over zijn kinderen.
Sinds februari is er de essaybundel Gedachten over onze tijd, waarin hij een indringende analyse geeft van de ontregelingen van onze tijd.
Romanschrijver, maar ook …
Wieringa schreef ook hoorspelen en een scenario voor een tv-film, Laatste Wolf. In 2013 presenteerde hij het VPRO tv-programma De Grens. Met de muziekgroep Donskoy experimenteerde hij met de combinatie van poëzie en muziek. In 2018 werd hij vaste columnist voor NRC Handelsblad.
